Marc den Hartog (Renewi): 'Bedrijfsleven, geef start-ups en scale-ups de ruimte om met afvalstromen aan de slag te gaan'

13.03.24

De ideale wereld is er een waarin afval niet bestaat. Producten en onderdelen worden steeds opnieuw gebruikt, waardoor natuurlijke hulpbronnen niet meer worden uitgeput. Kort gezegd: afval wordt grondstof. Het is de crux in het behalen van de nationale doelstelling van een volledig circulair Nederland in 2050. ‘Daarvoor is het niet alleen belangrijk maar ook noodzakelijk om helder te krijgen wat de standaarden zijn om onze afvalstromen om te zetten in nieuwe grondstoffen,’ benadrukt Marc den Hartog, commercieel directeur bedrijfsafval bij Renewi Nederland. In deze bijdrage zet hij uiteen hoe we het huidige systeem van materiaalstromen niet alleen sluitend krijgen, maar ook zuiver genoeg en geschikt voor een circulaire economie.

'Als ik denk aan stromen, zie ik beweging. Betrek ik het op mijn vakgebied dan zie ik stromen van materialen zoals hout, beton, papier en karton, plastics, metalen, mineralen en etensresten die verplaatst worden. Onmisbaar voor een circulaire economie, waarin we streven naar het sluiten van deze stromen. Dat betekent het terugwinnen van materialen, zodat we deze opnieuw kunnen gebruiken en minder nieuw hoeven te produceren. Voor het bereiken van die materialenkringloop zijn drie zaken cruciaal: geen lekkages in het systeem, de materialen moeten de juiste kant op stromen en ze moeten zo “schoon” mogelijk worden ingezameld. Hoe schoner het materiaal, hoe hoogwaardiger deze gerecycled kan worden. 

Maar hoe schoon is schoon? Dat varieert per stroom. Daarom is het essentieel dat we voor elke stroom weten hoe zuiver deze moet zijn om geschikt te zijn voor hergebruik. Papier mag niet nat, vies of vet zijn, omdat het dan de benodigde structuur verliest om er nieuw karton van te maken. Voor plastics geldt dat er zoveel verschillende soorten zijn, van folieverpakkingen tot harde kunststoffen, dat je die vrijwel allemaal uit elkaar moet halen of scheiden om te zorgen dat je ze ook daadwerkelijk weer kan opzuiveren tot een kwaliteit waarmee ze weer inzetbaar zijn. Hiermee voorkomen we niet alleen energie- en milieubelasting door de delving en productie van nieuwe grondstoffen (veelal afkomstig uit fossiele bronnen), maar verminderen we ook wereldwijde goederenbewegingen uit landen als Verenigde Staten en China. 

Het is niet alleen belangrijk maar ook noodzakelijk om helder te krijgen wat onze standaarden zijn voor secundaire grondstoffen. Zonder standaarden gaan we de nationale doelen voor de helft minder gebruik van nieuwe grondstoffen in 2030 en een circulaire economie in Nederland in 2050 niet halen.

Een afvalverwerker die helpt restafval te verminderen: raar maar waar

Renewi verwerkt in Nederland jaarlijks zo’n 7 miljoen ton kilo afval van bedrijven. Daarvan wordt ongeveer twee derde gerecycled. Een derde eindigt dus nog op een stortplaats of in verbrandingsovens. Bij bedrijven en de industrie zit dan ook veel potentie in het genereren van schonere stromen. En dat potentieel is wat ons drijft, verankerd in onze Waste-to-Product strategie, waarbij ons motto “Afval Bestaat Niet” ons elke dag motiveert daar een stap in te maken. We werken aan een zo hoog mogelijke kwaliteitssortering en verwerking van materialen, zodat deze door een volgende ketenschakel weer als grondstof in nieuwe producten kan worden ingezet. Soms geven we een materiaal integraal door en soms gesorteerd in wel 12 verschillende deelstromen. Dat doen we niet voor elke materialenstroom, daarin hebben we keuzes gemaakt en gerichte investeringen gedaan. In sorteerlijnen en installaties, en nieuwe technieken zoals Artificial Intelligence om te zorgen dat de scanners steeds beter herkennen wat er over de sorteerlijn gaat en in staat zijn dat er ook uit te halen. 

'Helpen restafval verminderen: het klinkt gek voor een bedrijf dat “draait” op afval en het is een spannende ontwikkeling voor ons. Maar we zien dat daardoor ook nieuwe manieren ontstaan om van toegevoegde waarde te zijn.'

Maar ook onze rol verandert. Als afvalinzamelaar en recyclaar hebben we als geen ander inzicht in de kwaliteit en soort afval aan het einde van de cyclus en aan het begin van de nieuwe cyclus. Een aanjagende rol past ons in de transitie naar een circulaire economie steeds meer. Daarom kijken we met onze klanten naar hoe zij hun restafval kunnen verminderen; we brengen in kaart welk afval er vrijkomt, en of er mogelijk nog beter te scheiden is bij de bron. Helpen restafval verminderen: het klinkt gek voor een bedrijf dat “draait” op afval en het is een spannende ontwikkeling voor ons. Maar we zien dat daardoor ook nieuwe manieren ontstaan om van toegevoegde waarde te zijn. Door ruimte te bieden aan innovatie, bijvoorbeeld. Zo stellen we onze locaties, kennis en stromen beschikbaar aan innovatieve start-ups die hier iets mee kunnen. En door de enorme hoeveel data over afval met klanten te delen. Maar ook door ketenpartners met elkaar aan tafel te brengen, die net als wij de keten willen sluiten. Bedrijven die samen zeggen: wij gaan dit gewoon doen, en sneller dan Europese wetgeving voorlegt.

Uitdagingen vragen om dwingender wetgeving

Alle vrijwillige commitment van producenten en merkeigenaren ten spijt, de uitdagingen van circulair ondernemen en werken met recyclaat blijven te groot. De wettelijke kaders moeten duidelijker en dwingender worden. Om te beginnen een verbod op het verbranden van materialen die geschikt zijn voor recycling, zoals harde kunststoffen. Dit zou direct bijdragen aan meer materiaal hergebruik. Maar ook het creëren van een stabiele vraag naar gerecyclede kunststoffen door de inzet van een vastgesteld percentage recyclaat in een product verplicht te stellen. Het meest prangende aandachtspunt is misschien wel het realiseren van een gelijk speelveld tussen fossiele en gerecyclede materialen, door virgin kunststoffen te belasten. Heel veel initiatieven stranden nu. Zolang de inzet van het fossiele product ten opzichte van het recyclaat economisch het voordeligst blijft, dan wordt het heel moeilijk om verandering te stimuleren. De business case moet ook kloppen, en dat doet 'ie nu niet.

'Juist doordat wij in Nederland te maken hebben met onze beperkte ruimte en hoge kosten, worden wij gedwongen tot creativiteit, wendbaarheid en innoveren. Stuk voor stuk redenen waarom de samenwerking opzoeken met start-ups en scale-ups zo belangrijk is.'

Samenwerking met start-ups en scale-ups biedt kansen

Maar laten we ondanks alle beperkingen blijven denken in kansen. Juist doordat wij in Nederland te maken hebben met onze beperkte ruimte en hoge kosten, worden wij gedwongen tot creativiteit, wendbaarheid en innoveren. Stuk voor stuk redenen waarom de samenwerking opzoeken met start-ups en scale-ups zo belangrijk is. Want die hébben dat. Renewi’s samenwerking met PeelPioneers is daar een succesvol voorbeeld van. PeelPioneers vond een circulaire oplossing voor afgedankte sinaasappelschillen. Als onderdeel van deze oplossing ontwikkelde Renewi het logistieke concept voor de inzameling van de afgedankte schillen bij verschillende klanten in heel Nederland, en transporteert deze vandaag de dag naar hun fabriek waar er etherische oliën voor schoonmaakmiddelen en citrusvezel voor in voedingsmiddelen van wordt maakt. 

Mijn oproep aan het bedrijfsleven is dan ook: geef start-ups en scale-ups de ruimte om met afvalstromen aan de slag te gaan, voor het valideren van technologieën en het ontwikkelen van levensvatbare business modellen. Denk vervolgens mee over de juiste klanten en samenwerking in de keten. Dit levert niet alleen nieuwe technologieën op maar ook nieuwe businessmodellen en manieren van samenwerken. Oplossingen rond recycling, hergebruik en product-as-a-service die ook in het buitenland nodig gaan zijn en waar BV Nederland van kan profiteren.'

Van 11 t/m 16 maart is de Week van de Circulaire Economie. Bij BlueCity kun je die week kennismaken met de vijf onmisbare ingrediënten voor een circulaire economie. Ruimte, Talent, Stromen, Ondernemerschap en Samenwerking - elke dag ligt de focus in onze programmering op een ander ingrediënt. Online en offline. Waarom deze vijf onmisbaar zijn? Iedere dag starten we met het verkennen van het antwoord hierop; elke werkdag een ander ingrediënt. Dat doen we niet alleen, maar samen met partners waarmee we graag samenwerken. Bekijk hier ons programma.