Circular construction

Circulaire Bouw: to paint or not to paint

11.12.18

BlueCity is een voorbeeldstad voor de circulaire economie, gevestigd in voormalig subtropisch zwemparadijs Tropicana. Het werd in 1988 gebouwd en bijna exact 22 jaar later, in augustus 2010, weer gesloten. In 2015 kocht BlueCity het pand – wij transformeren het verlaten zwembad naar circulaire voorbeeldstad. Daarbij wordt duurzaam gebouwd volgens de principes van de circulaire en blauwe economie.

Circulair (ver)bouwen is niet alleen duurzaam, maar ook ingewikkeld - en het leidt soms tot keuzes die moeilijk te begrijpen zijn voor buitenstaanders. Een goed voorbeeld daarvan is de afbladderende verf in de Dome, het voormalige zwembad. Met name de iconische koepel ziet er heel troosteloos uit - maar dat heeft wel degelijk een goede reden.

To paint or not to paint

Foto: Sophie de Vos

Het verven van bouwmateriaal biedt voordelen, omdat het de levensduur van het materiaal verlengt. Maar het biedt ook belangrijke milieu-nadelen. Zo vereist de productie en het vervoer van verf fossiele brandstoffen en dragen bij aan de uitputting van grondstoffen.  

Ook bevat verf stoffen die schadelijk zijn voor het milieu, zoals vluchtige organische stoffen, conserveer- en bestrijdingsmiddelen, en componenten die veel energie kosten bij de winning en de productie, zoals de kleurstof titaniumdioxide.  

De verf in de koepel van het voormalig zwembad is bovendien extra milieuvervuilend, omdat het ook tegen chloordampen en extreme temperatuurwisselingen bestand moest zijn.

Iconische koepel

Foto: Unfolded

De koepel heeft grote iconische waarde; Tropicana was een plek voor alle Rotterdammers. Dat willen we opnieuw worden, maar daarbij kiezen we wel voor een meer inhoudelijke aanpak: we maken van het voormalige zwembad een circulaire voorbeeldstad die voor alle Rotterdammers toegankelijk is. BlueCity wordt dé plek waar je letterlijk in de circulaire economie duikt. 

Nu zie je daar nog niet zoveel van terug: dankzij de hoge witte wanden, die zwemmers vroeger privacy gaven, kun je niet naar binnen kijken. Dat gaan we veranderen: de zijkant wordt opengewerkt, we vergroenen de koepel en zorgen op die manier voor een aangenaam klimaat, we plaatsen paviljoens in de Dome en zorgen voor een aantrekkelijke programmering. Zo wordt BlueCity een voorbeeldstad voor de circulaire economie - eentje die bewust niet strak in de lak zit.

Waarom niet verven?

Foto: Sophie de Vos

BlueCity geeft een nieuwe invulling aan niet-marktconform gebouw. Een zwembad verbouwen tot hub voor duurzame ondernemers - het is niet de meest voor de hand liggende keuze. Dat komt vooral bij de herbestemming van de Dome goed tot uiting. 

De raamkozijnen in de Dome zijn namelijk op een bepaalde manier behandeld, zodat ze tegen chloordampen kunnen. Het gevolg? We kunnen er niet zomaar elke soort verf op smeren - de verf die erop moet is per definitie zwaar milieuvervuilend.  

Bovendien: om te kunnen verven, zouden we de huidige laag verf eerst af moeten schuren; dat levert enorm veel fijnstof op. En als je eenmaal begonnen bent met verven, moet je dat ook volhouden; elke vijf à zes jaar opnieuw afschuren en verven - met die extreem milieubelastende verf. Niet duurzaam.

Prioriteiten stellen

Foto: Sophie de Vos

Die tijd en dat geld investeren we liever in het huisvesten van ondernemers die de transitie naar de circulaire economie versnellen. Daarom hebben we ervoor gekozen om de verf, toen de Dome in de steigers stond, grondig af te borstelen. Nu is het kwestie van tijd: het staal werkt enorm in de zon; het continu inkrimpen en uitzetten versnelt het afbladderen.

"Als eenmaal alles afgebladderd is, hebben we een mooi gegalvaniseerd skelet." zegt Yvette Govaart over dit proces. "Afwachten dus en de natuur zijn werk laten doen."

Meer weten over de circulaire bouw in BlueCity? Lees het bouwdossier.

Onze website maakt gebruik van cookies om het gebruik van de website te analyseren en de gebruikerservaring te verbeteren. Privacy Policy